De strijd om Dokkum

Zaterdag 3 september 2016 zal de “Strijd om Dokkum”  plaatsvinden. Tijdens deze waterpolo wedstrijd zullen de heren van Z&PC de Granaet uit Dokkum een demonstratiewedstrijd spelen. De wedstrijd wordt gespeeld in het Kleindiep (achter het hoofdpodium tijdens de admiraliteitsdagen. Vanaf de Vleesmarkt is het spektakel voor het publiek goed te zien. Er zal een speaker aanwezig zijn om de nodige uitleg over het spel te geven.

Dit jaar zal de 2e editite van de Strijd om Dokkum plaatsvinden, de foto's van de eerste editie zijn te vinden op deze link.

Deelname aan dit evenement is alleen toegestaan voor waterpolo teams, als individueel inschrijven is hierom helaas niet mogelijk.

Wat is waterpolo?
Waterpolo ontstond halverwege de 19e eeuw als de 'watervariant' van handbal of rugby. Het is een sport die vooral in Zuid- en Oost-Europa grote populariteit geniet en daar op professionele basis wordt beoefend. Waterpolo is een teambalsport die zwemmend wordt uitgeoefend. De bedoeling is om een bal zo vaak mogelijk in het doel van de tegenpartij te werpen. Het team dat aan het eind van de wedstrijd de meeste doelpunten heeft gemaakt, wint.
 
Teams
Een team bestaat uit zes veldspelers en een keeper. Bij de jeugd kunnen teams uit minder spelers bestaan. De spelers dragen een cap; wit voor het thuisspelend team en blauw voor het uitspelend team. Beide keepers hebben een rode cap. Alle spelers hebben oorbeschermers aan hun cap
 
Wedstrijd
Een wedstrijd is verdeeld in vier periodes, die, afhankelijk van de leeftijd van de spelers, het competitieniveau en het land, drie tot acht zuivere minuten duren. Dit betekent dat de tijdmeting wordt stilgelegd tussen het begaan van een overtreding (op het fluitsignaal van één van de één of twee scheidsrechters) en het nemen van de daaropvolgende vrije worp. De scheidsrechter(s) staan aan de lange zijde van het speelveld. In de meeste competitiewedstrijden wordt gebruikgemaakt van de 30 seconden regel. Dit houdt in dat er binnen 30 seconden een schot op het doel moet zijn geweest, anders gaat de bal naar de tegenpartij. Dit wordt aan de jurytafel bijgehouden. Als na een schot op het doel de bal weer in het bezit komt van dezelfde (aanvallende) partij, wordt de klok weer op 30 seconden gezet. Meestal hangt die 30 seconden klok aan beide zijden van het bad. In de laatste periode wordt er door middel van een signaal aangegeven dat er nog één minuut te spelen is. Na 2 periodes wisselen de teams van speelhelft.
 
Het speelveld
Het speelveld is maximaal 20 meter breed en 30 meter lang bij heren, bij dames is de maximale lengte 25 meter. De minimale grootte van het veld is 10 meter breed en 20 meter lang.
 
De minimale diepte van het bad is 1,80 meter. Wanneer dit maar net gehaald wordt en wat grotere spelers dus op de bodem kunnen staan, dan is dit alleen toegestaan wanneer de betreffende speler de bal niet in zijn bezit heeft. Zodra een speler de bal krijgt moet hij zwemmen. Blijft hij toch staan, of zet hij zich af van de bodem, dan wordt dit bestraft met een vrije worp voor de tegenpartij. De beide doelen bevinden zich midden op de achterlijnen van het veld. Ze zijn 3 meter breed en  0,90 meter hoog.
 
Spelregels
De belangrijkste spelregels zijn:

  • Je mag de bal niet met twee handen vasthouden.
  • Je mag de bal niet onder water duwen.
  • Als je de bal vasthebt, mag je tegenstander je aanraken. Hij mag je voorzichtig onder duwen.
  • Ook mag hij proberen de bal af te pakken.
  • Je mag niet op de bodem staan of aan de kant hangen.
  • Als je een vrije bal hebt, mag je niet aangevallen worden.